De laatste stap bij een en bij een vooronderzoek met ingreep in de bodem vanuit wetenschappelijke vraagstellingen’ is het opleveren van een . De erkend dient dit document in bij het agentschap Onroerend Erfgoed ten laatste twee jaar na het beëindigen van de archeologische opgraving.
Het eindverslag bouwt voort op het eerder ingediende . Alleen bevat het nu de definitieve en verder uitgewerkte resultaten van het onderzoek. Het is het definitieve eindpunt van een archeologische opgraving met verwerking van de vondsten en het neerschrijven van de wetenschappelijke kenniswinst die de opgraving heeft opgeleverd.
De erkende archeoloog publiceert het eindverslag en bezorgt het digitaal aan het agentschap Onroerend Erfgoed. Het agentschap stelt de eindverslagen digitaal publiek beschikbaar.
De indicator telt per jaar het aantal eindverslagen ingediend bij het agentschap Onroerend Erfgoed. Hij maakt een onderscheid tussen eindverslagen opgemaakt na :
Een na een vergunningsplichte ;
Een . Dit kan zowel een zijn als een opgraving. Ook archeologische onderzoeken na een horen hieronder.
Naast het type van archeologisch onderzoek meet de indicator ook de termijn waarin de eindverslagen werden ingediend. Daarbij wordt bij het jaarlijkse aantal ingediende eindverslagen onderzocht welke hiervan tijdig werden ingediend en welke de termijn van twee jaar na afronden van de archeologische opgraving overschreden.
Code van goede praktijk voor de uitvoering van en rapportering over archeologisch vooronderzoek en archeologische opgravingen en het gebruik van metaaldetectoren